De regering is niet eens met de uitgezette tijdlijn van vijf jaar voor het uitfaseren van kwik binnen de goudsector en wil dit probleem eerder opgelost zien. Tijdens de regeringspersconferentie op 3 oktober zijn hierover vragen gesteld. President Chandrikapersad Santokhi deelde mee dat de ministeries van Natuurlijke Hulpbronnen en Ruimtelijke Ordening en Milieu momenteel een programma ontwikkelen en een tijdlijn uitzetten voor deze cruciale overgang. De president maakte hierbij duidelijk dat de regering niet tevreden is met een tijdlijn van vijf jaar. “We willen een scherpere tijd, want we kennen de consequenties als we het Minamataverdrag niet naleven”, benadrukte het staatshoofd.
Hij legde uit dat goudexporten onder druk komen te staan als het gebruik van kwik voortduurt. “Daarom moeten we ons houden aan de bepalingen van het Minamataverdrag. We gaan kwik uitfaseren”, verklaarde hij. Volgens president Santokhi zijn de relevante ministeries momenteel druk bezig met het opstellen van een programma voor een overgang naar kwikvrije goudwinning. De president benadrukt dat dit haalbaar is en dat andere landen hier al het goede voorbeeld in geven. Daarnaast heeft de regering om bijstand van bevriende naties gevraagd.
Tijdens de persconferentie is ook aangehaald dat er nog steeds ‘skalians’ op de Surinamerivier actief zijn. De president verklaarde dat er een beleid is opgesteld met betrekking tot deze situatie en dat er geen skalians op de Marowijnerivier zijn. Over de skalians op de Surinamerivier ontbreekt het de regering aan concrete informatie, echter is wel bekend dat er in dit gebied bedrijven actief zijn en scherpzand opgraven. Vicepresident Ronnie Brunswijk bevestigde dit en benadrukte dat er onderscheid moet worden gemaakt tussen skalians die aan goudwinning doen en boten die zand opgraven.
Wat de skalians in het stuwmeer betreft zijn er duidelijke richtlijnen voor hun uitfasering. Er zijn tevens afspraken gemaakt om ervoor te zorgen dat deze skalians niet in de aangewezen gevaarzone opereren. President Santokhi verzekerde dat de activiteiten in dit gebied nauwlettend worden gemonitord door het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen en dat alles wat in strijd is met de richtlijnen en voorwaarden krachtig wordt bestreden.