Share on facebook
Facebook
Share on whatsapp
WhatsApp
Share on linkedin
LinkedIn

Kabinet van de President

President Santokhi krijgt rondleiding op baggerschip

De uitvoering van het Suriname River Dredging Project 2022 (SRDP 2022) verloopt gestadig. Er vinden momenteel afrondende werkzaamheden plaats om de tweede fase van het project op te leveren. Een presidentiële delegatie onder leiding van regeringsleider Chandrikapersad Santokhi heeft op dinsdag 27 juni een rondleiding gekregen op het baggerschip van De Boer-Boskalis. De deskundigen op het schip hebben uitleg gegeven over hoe er wordt gebaggerd, waar het materiaal wordt gedumpt en hoe het monitoringsproces plaatsvindt. Het baggerproject is een public-private partnership tussen de Hakrinbank, de Maritieme Autoriteit Suriname (MAS) en de ministeries van Openbare Werken (OW) en Transport, Communicatie en Toerisme (TCT). 

OW-minister Riad Nurmohamed geeft aan dat het baggerproject is gestart op aanvraag van het bedrijfsleven en de scheepvaartsector. Het verzoek werd serieus genomen nadat schepen vastliepen bij de monding. “Op dat moment was de vaargeul ongeveer drie meter diep en dat was onvoldoende voor de scheepvaart”, merkt de bewindsman op. Hij zegt dat het baggeren zorgt voor een diepere en veiligere doorgang van schepen. “Dit kan leiden tot economische voordelen, zoals het verminderen van transportkosten en het verhogen van de efficiëntie van de scheepvaart.” Een extra voordeel van het verder uitdiepen van de rivier is dat bijzondere schepen – in deze schepen gericht op de olie- en gasindustrie – heel makkelijk de waterweg kunnen bevaren. De bewindsman zegt dat er tot nu toe geen obstakels zijn geweest in de uitvoering van het project.

De regeringsfunctionaris geeft aan dat er gelet wordt op diverse milieuaspecten. “Het is erg belangrijk om de milieuaspecten te overwegen bij het baggeren vanwege de mogelijke impact op het milieu.” Milieustudies die voorafgaand aan het baggeren worden uitgevoerd, kunnen helpen om de mogelijke impact te identificeren en te verminderen. “Het is een hele kunst om gezien de milieueisen en de getijden die we kennen te kunnen baggeren. Per dag kan dat slechts een aantal uren. Het baggeren kan ook alleen bepaalde maanden van het jaar gebeuren. Het is belangrijk om daarbij rekening te houden met de aanwezigheid van dolfijnen, zeeschildpadden en andere biodiversiteit”, aldus de bewindsman. Hij onderstreept verder dat er een goede samenwerking is tussen alle betrokken actoren. “Hierdoor is er geen sprake van stagnatie.”

Er is volgens minister Nurmohamed thans een diepte van ruim 8.5 m bij vloed bereikt tot de haven van Kuldipsingh. “Wij kunnen nu alle havens langs de rivier accommoderen. Na het afronden van de tweede fase zullen er onderhoudswerkzaamheden plaatsvinden om de diepte op 5.5 meter te behouden”, zegt de bewindsman. De diepte voor de derde fase is nog niet bekend. Echter is OW reeds bezig de voorbereidingen te treffen voor het uitvoeren van studies voor deze fase. Ook is er een aanbesteding gehouden voor het aantrekken van een consultant om een studie te doen over de Vergoeding Voor Gebruik (VVG), die nu US$ 6.25 per metrieke ton (MT) bedraagt. De VVG op ingenomen en geloste ladingen is per beschikking vastgesteld door de ministeries van OW en TCT, d.d. 11 maart 2020 no.556/20. De VVG wordt op een escrow-rekening gestort en is uitsluitend bedoeld voor de financiering van het baggerproject.