“Ik ben bereid, ook de vicepresident en de ministers. En het ligt aan ons allemaal om het waar te maken. Mi tak un grantangi. Laten we er een feestje van maken en laten we daarna vanuit ons eigen plek werken aan een beter Suriname.” Met deze woorden sloot president Jennifer Simons omstreeks 21.00 uur woensdag 16 juli een enerverende dag af; een dag waarop zij is geinaugureerd tot de tiende en eerste vrouwelijke president van Suriname. Simons vormt een nieuw kabinet, ondersteund door vicepresident Gregory Rusland en een team van 17 ministers.
Proces achter de rug
Zij hield in totaal drie toespraken, te weten: haar inaugurele rede, de toespraak bij de installatie van het ministersteam en een afsluitende rede bij de volksreceptie. Hier zei de president dat met haar installatie en de beëdiging van de ministers een heel proces achter de rug is. “En dat betekent dat we kunnen gaan werken.” Simons voerde de aanwezigen terug naar haar inaugurele rede, welke volgens haar een boodschap is voor haar, de regering en geheel Suriname.
Werk aanvangen
Het staatshoofd benadrukte dat na vandaag het werk moet aanvangen. Er moet volgens haar een veranderingsproces opgestart worden in Suriname, wat geen eenvoudige zaak is. President Simons: “Het betekent dat een persoon, een partij, een regering het niet kan doen. We zullen ons met zijn allen in Suriname, constant ervan bewust moeten zijn dat we een nieuw pad op willen gaan.”
Informatie aan samenleving
Het is volgens de president belangrijk dat de regering die is aangetreden, beseft dat informatie aan de bevolking belangerijk is. “Het is belangerijk om ons volk op de hoogte houden van waar we staan, waar we naar toe willen en de vorderingen die we maken. Of ze nou zijn wat we verwachten of niet. Dat we met elkaar in contact blijven over de vorderingen of de barrieres, de beperkingen. Het is belangrijk dat we vandaag met elkaar die belofte maken.”
Rijkdommen ontwikkelen
President Simons benadrukte dat er met elkaar samengewerkt moet worden om de rijkdommen van het land inderdaad te ontwikkelen en ervoor te zorgen dat die ons allemaal ten goede komen. “Het is geen eenvoudig werk, maar het is wel iets dat we kunnen doen als we willen en als we met elkaar werken. Na vandaag zullen wij u eraan herinneren en zal u de regering eraan herinneren dat we een pad zijn begonnen van verandering.”
Stap-voor-stap
Het zal, aldus het staatshoofd, niet van de ene op de andere dag gaan. “Maar ik ben er zeker van dat als we elke dag een stap zetten, de ene voet voor de andere, dat we over een paar jaar een land hebben waarin veel meer mensen en naar ik hoop, alle mensen, een minimale goede levensstandaard hebben, ons onderwijs vooruit is gegaan en we andere sectoren van dit land hebben ontwikkeld, waardoor er meer mensen werk en geld kunnen vinden om zichzelf goed te onderhouden.
Eerlijk werken
De president herinnerde aan de belofte dat de regering eerlijk gaat werken. “U moet ons daaraan houden. We zullen die instituten instellen waardoor de bevolking feedback kan geven aan de regering. Verwacht niet dat alles in een keer opgelost wordt, maar verwacht wel dat u van ons ziet dat we elke keer stappen zetten om zaken te verbeteren. En ik verwacht ook van u dat u daarbij helpt en daarbij ondersteunt.”
Private sector
Voorts richtte het staatshoofd zich tot de private sector. “Ik spreek een speciaal woord uit aan de mensen van de private sector, de grotere bedrijven, bedrijven met geld. Want Suriname als Staat is misschien nog arm, heeft financiële problemen, maar er is geld in Suriname. En wanneer we onze kinderen te eten moeten geven en ik zou ontdekken dat de middelen daarvoor niet zijn in de staatskas, roep ik u allemaal op, iedereen die iets kan missen om te zorgen dat we beginnen aan het project.”
Omkijken naar kinderen
De president waarschuwde voor het verwaarlozen van kinderen. “Want als onze kinderen niet eten, als ze niet voldoende voeding en opvoeding krijgen, dan maken we onze eigen toekomst kapot. Ik doe een beroep op de private sector. Ik doe een beroep op de banken om samen te zitten, zoals ik eerder in het voortraject met een aantal heb gezeten en dat we nadenken over hoe dit land verder moet en dat we allemaal daaraan bijdragen.”
Maatschappelijk middenveld
Ook het maatschappelijk middenveld werd opgeroepen om actief bij te dragen. “Ik doe een beroep op alle organisaties die zich noemen het maatschappelijk middenveld, om te zitten met ons, kritisch te kijken naar wat er moet gebeuren, niet te verwachten dat alles in een keer gaat van helmaal slecht naar helemaal goed. Maar volg ons nauwlettend en beoordeel of we daadwerkelijk de noodzakelijke stappen zetten”, aldus president Simons.