Facebook
WhatsApp
LinkedIn

Kabinet van de President

President Santokhi kondigt gestructureerde en geïnstitutionaliseerde nationale dialoog aan

De regering wil naar een gestructureerde en geïnstitutionaliseerde nationale dialoog met de verschillende groepen binnen de samenleving. Zo heeft president Chandrikapersad Santokhi op zaterdag 20 mei 2023 kenbaar gemaakt tijdens een bijeenkomst met vertegenwoordigers van verschillende organisaties en instanties die in het vooroverleg hun opwachting hadden gemaakt bij het staatshoofd. Tijdens deze activiteit in het perscentrum van het Kabinet van de President zijn de resultaten van deze predialoog met de aanwezigen gedeeld. Uit het vooroverleg is volgens het staatshoofd duidelijk de noodzaak van het institutionaliseren van de nationale dialoog naar voren gekomen. 

President Santokhi zegt dat de regering na het voortraject niet heeft stilgezeten. Zij heeft zich op verschillende niveaus gebogen over de inzichten die waren aangedragen. Hierbij zijn onder meer een adviesteam van het kabinet en de districtscommissarissen betrokken geweest. De incidenten van 17 februari zijn de directe aanleiding van de predialoog geweest, en de regering heeft de signalen die gegeven zijn serieus opgevat. Het staatshoofd zegt dat de regering democratie en vrije meningsuiting respecteert, maar de rechtstaat te allen tijde zal verdedigen. Hij is ermee ingenomen dat groepen uit de samenleving voor het pad van dialoog kiezen en samen met de regering willen nadenken over het voeren van beleid en brengen van ontwikkeling.

Aan politieke partijen en ministers is ook gevraagd hun bijdrage te leveren en aanvullingen te plegen in het resultaat van de predialoog, hetgeen deel is van de tijdlijn die was uitgetrokken en waarvan de bijeenkomst van zaterdag ook deel van is. Alle informatie zal verwerkt en toegevoegd worden aan een actieplan voor de tweede helft van de regeertermijn. Voor deze periode zal er volgens president Santokhi gekeken worden naar de realiteiten en prioriteiten. Als iets buiten de financiële realiteit valt”, gaan we dat aanpassen. Wat we gaan doen in de tweede helft, moet beleidsmatig goed voorbereid zijn, naar de samenleving verantwoord en goed ingedekt met de beschikbare financiële middelen.” Het staatshoofd zegt dat de inzichten en participatie van de verschillende groepen hierin belangrijk zijn.

De eerste inzichten uit de predialoog zijn dat de samenleving bij het beleid betrokken moet worden, de communicatie beter moet en de regering zich tot de samenleving moet wenden. Er zijn drie beleidsterreinen geïdentificeerd, te weten: politiek bestuurlijk, financieel economisch en sociaalmaatschappelijk. Hoewel de vraagstukken binnen deze gebieden niet allemaal in de komende twee jaar geadresseerd kunnen worden, heeft de regering wel oog voor de prioriteiten. Daarnaast zal het actieplan in nauwe samenwerking met en betrokkenheid van de samenleving uitgevoerd worden. Het ligt in de bedoeling een monitoringsteam samen te stellen die namens de regering periodiek samenkomt met belanghebbenden. Dit zal volgens de president zonder enige bureaucratie, maar effectief en resultaatgericht moeten gebeuren.

Uit de predialoog heeft de regering kunnen oppakken dat vraagstukken als koers- en prijsbeheersing, volksgezondheid, onderwijs, veiligheid en armoedebestrijding aanpak behoeven. President Santokhi merkt op dat er in de nationale dialoog nog meer zaken aangekaart kunnen worden. Daarnaast zijn er volgens hem ook percepties die weggewerkt moeten worden. Zo benadrukt hij dat er één regering is met één president, met een duidelijke taakverdeling en dat dit ook zo geëxerceerd zal moeten worden. Irritaties in de regering zullen tot het verleden moeten behoren. Hetzelfde geldt voor etniciteit met symptomen van racisme binnen de samenleving. Het staatshoofd ziet op dit stuk graag het invoeren van cultuuronderwijs en daarbij het vroegtijdig aanleren van normen en waarden. Het beter communiceren met en informeren van de samenleving is ook de rode draad geweest tijdens de predialoog. Hierover is er overleg geweest met de regeringscommunicatiediensten.