In het kader van de nationale inzet voor een schoner milieu en duurzame ontwikkeling heeft het ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu (ROM) de eerste stakeholdersmeeting georganiseerd betreffende de uitfasering van diverse single-use plastics (SUP) en kwikhoudende producten. De bijeenkomst vond op vrijdag 20 december 2024 plaats in het Lalla Rookh-gebouw. Zij bracht belangrijke stakeholders samen, waaronder de private sector, niet-gouvernementele organisaties (ngo’s) en relevante ministeries, om ideeën en oplossingen te verkennen voor de effectieve uitvoering van het regeringsbesluit.
ROM-minister Marciano Dasai stond in zijn toespraak stil bij het belang van gezamenlijke actie: “Vandaag zijn we hier in het kader van het uitfaseren van single-use plastic en kwikhoudende producten. We staan wereldwijd voor een enorme uitdaging met vervuiling, vooral plasticvervuiling.” Volgens de bewindsman is er in 2020 in Suriname ongeveer 20.000 kilo plastic afval geconstateerd, waarvan slechts 10% wordt gerecycled. “Een aanzienlijk deel hiervan bestaat uit single-use plastic, dat veelvuldig wordt gebruikt en snel in ons milieu terechtkomt”, aldus minister Dasai.
Hij ging in op de noodzaak om specifiek te kijken naar producten zoals plasticzakken, bestek, rietjes, en andere dunne plasticproducten die doorgaans maar één keer worden gebruikt. Minister Dasai wees op het succes van het “Koni Doti Project”, een initiatief gericht op bewustwording van afvalscheiding en recyclen van PET-flessen. Het project heeft in Paramaribo-Noord geleid tot de succesvolle inzameling van 50.000 kilo plastic per jaar, wat dus niet op de vuilstortplaatsen belandt.
Ook de uitfasering van kwikhoudende producten, zoals batterijen, gloeilampen en make-up kwam aan bod. Deze producten moeten vanwege het internationale Minamata-verdrag worden uitgefaseerd. De bewindsman liet doorschemeren dat het in de planning staat om per december 2025 te beginnen met de verbodsbepalingen. “Dit proces kunnen we echter niet alleen doen. We hebben de samenwerking van alle betrokken partijen nodig; van de private sector tot de ngo’s en andere overheidsinstellingen.”
Tijdens de bijeenkomst werd ook benadrukt dat de overgang naar een duurzamer milieu geen afbreuk mag doen aan economische ontwikkelingen. “We willen geen obstakels creëren voor economische vooruitgang, maar economische ontwikkeling moet hand-in-hand gaan met duurzaamheid. De druk op ons milieu mag niet verder toenemen,” aldus minister Dasai. Hij onderstreept dat Suriname nu een belangrijke stap zet richting de uitvoering van zijn milieubeleid, met de nadruk op de uitfasering van schadelijke producten en het bevorderen van duurzame alternatieven.