Jaarlijks komen de Maritieme Administraties aangesloten bij de Caribbean Memorandum of Understanding on Port State Control (CMOU) in een plenaire meeting bijeen om besluiten te nemen met betrekking tot de controle van buitenlandse schepen in hun havens.
Havenstaat controle is een controle op bezoekende buitenlandse schepen om na te gaan of ze voldoen aan internationale maritieme regels op onder andere het gebied van veiligheid. Verder worden de schepen ook gecontroleerd ter zake de leef- en werkomstandigheden van zeevarenden. Het is een middel om naleving af te dwingen wanneer de scheepseigenaar en/of de vlaggenstaat hebben gefaald in hun verantwoordelijkheden. Het Caribisch MOU werd in 1996 in Barbados ondertekend en telt nu 20 lidstaten (Antigua en Barbuda, Aruba, Bahama’s, Barbados, Belize, Bermuda, Cayman Islands, Cuba, Curaçao, Frankrijk, Grenada, Guyana, Jamaica, Nederland, St. Christopher en Nevis, St. Lucia, St. Vincent en de Grenadines, Sint Maarten, Suriname en Trinidad en Tobago) en twee geassocieerde lidstaten (Britse Maagdeneilanden en Anguilla).
De bijeenkomst werd bijgewoond door achttien van de twintig lidstaten, de geassocieerde lidstaat van de Britse Maagdeneilanden en Montserrat als waarnemer. Daarnaast waren de Regional Coördinator Caribbean van de IMO en vertegenwoordigers van de Amerikaanse kustwacht en de Paris Memorandum of Understanding on Port state Control (PMOU) aanwezig. De Indian Ocean Memorandum of Understanding on Port state Control (IOMOU), de Tokyo MOU en de Vina del Mar Agreement konden virtueel deelnemen. Tijdens de bijeenkomst werden de Mediterranean MOU on Port State Control (Med MOU) en Black Sea MOU aanvaard als waarnemers bij de CMOU.
De heer Michel Amafo, Voorzitter van de CPSCC vond het prijzenswaardig om de deelname van zoveel leden en vertegenwoordigers van de regionale MOUs in de vergadering te zien. Door de CPSCC meeting na de Regionale Meeting for Directors and Heads of Maritime Administrations (DIHMAR) te organiseren werden de kosten voor participatie en ook de “carbon footprint” aanzienlijk verminderd.
De Technical Standing Working Group (TSWG) van de CMOU heeft de opdracht gekregen om onder andere de opname van nieuwe IMO-vereisten en -richtlijnen in de PSC-handleiding, richtlijnen voor elektronische certificaten, kwesties met betrekking tot inspecties van gevaarlijke goederen en het CMOU-beleid voor voortdurende professionele ontwikkeling aan te pakken. Daarnaast werd de Financiële en Administratieve Werkgroep (FASWG) onder andere geïnstrueerd om wijzigingen in de lidmaatschapscategorieën te herzien, een beleid te ontwikkelen met betrekking tot samenwerking tussen instanties voor PSC-activiteiten en andere relevante activiteiten.
De commissie keurde het jaarverslag 2022 goed, inclusief het overzicht van de activiteiten van de CMOU voor de periode en de statistieken, inclusief inspecties van in totaal 461, geconstateerde tekortkomingen bij 652 en 10 aanhoudingen.