Op woensdag 22 oktober 2025 heeft het Directoraat Internationale Samenwerking (DIS) van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Internationale Handel en Samenwerking een consultatiesessie gehouden met United Nations Children’s Fund (UNICEF), alsook diverse ministeries en partners onder het thema “Advancing Children’s Rights through UNICEF’s Caribbean Multi-Country Office”.

De bijeenkomst vond plaats op het ministerie en maakt deel uit van de UN80-week, ter gelegenheid van de 80ste verjaardag van de Verenigde Naties. Tijdens deze eerste ronde van consultaties werd de basis gelegd voor het nieuwe samenwerkingsprogramma tussen Suriname en UNICEF. Directeur Elizabeth Bradley van DIS benadrukte in haar toespraak het belang van een gezamenlijke aanpak: “Vandaag zetten we de eerste stap. Programma’s vormgeven is geen administratief proces, maar een moment om stil te staan bij wat werkt voor onze kinderen, wat beter kan en wat écht nodig is. Alleen door gezamenlijke aanpakken kunnen programma’s worden gerealiseerd die daadwerkelijk impact hebben op het leven van Surinaamse kinderen”, benadrukte de directeur.
Directeur Bradley prees UNICEF voor hun bereidheid om te luisteren naar lokale partners en maatwerk te leveren dat aansluit bij de nationale prioriteiten en context. Ze onderstreepte dat Suriname streeft naar nauwe samenwerking met internationale partners, gebaseerd op wederzijds respect en gedeelde verantwoordelijkheid. “Partnerschap betekent niet één richting op, maar samen zoeken naar oplossingen die werken. Samen willen we investeren in de bescherming, ontwikkeling en rechten van elk kind, zodat ieder kind de kans krijgt om gezond op te groeien, goed onderwijs te genieten en zijn of haar potentieel volledig te bereiken”, gaf zij verder aan.

Gabriel Vockel, UNICEF- plaatsvervangende vertegenwoordiger voor Guyana en Suriname, legde in zijn speech de nadruk op het belang van luisteren: “Wanneer een architect een huis ontwerpt, moet hij eerst luisteren naar de mensen die erin gaan wonen. Op dezelfde manier moeten wij, als VN-organisatie, luisteren naar de mensen voor wie we werken, in dit geval: de kinderen van Suriname.”
Vockel erkende de uitdagingen waarmee het VN-systeem wereldwijd wordt geconfronteerd, maar benadrukte dat UNICEF’s toewijding onverminderd blijft. Hij gaf mee dat ondanks de financiële en structurele uitdagingen hun inzet stevig blijft. “Wij blijven hand in hand werken met overheden, partners en gemeenschappen om de rechten en het welzijn van elk kind in het Caribisch gebied te bevorderen”.

De consultatie markeert een belangrijke stap in de verdieping van de samenwerking tussen Suriname en UNICEF, met bijzondere aandacht voor thema’s als onderwijs, kinderbescherming, gezondheid en participatie van jongeren. Beide partijen spraken hun ambitie uit om samen te bouwen aan een toekomst waarin elk kind de kans krijgt om te bloeien.