Het Ministerie van Olie, Gas en Milieu (OGM) organiseerde op donderdag 16 oktober een cruciale workshop over het beheer van gevaarlijk afval in Suriname. Deze bijeenkomst brengt stakeholders uit diverse sectoren samen om de nationale prioriteiten te valideren en input te leveren voor een haalbaarheidsstudie naar een centrale opslagfaciliteit.
De workshop maakt deel uit van het bredere ISLANDS-programma, gefinancierd door het Global Environment Facility (GEF), en werd uitgevoerd in samenwerking met het Basel Convention Regional Centre for the Caribbean (BCRC-Caribbean). Het programma richt zich op het veilig en duurzaam beheer van chemicaliën en afvalstoffen in kleine (eiland-) staten.
De workshop werd geopend door de wnd. onderdirecteur (OD) voor Leefomgeving en Ecosystemen van het Ministerie van Olie, Gas en Milieu, Mvr. Jiechel Kasandiredjo. De OD gaf aan dat de inbreng van de genodigden essentieel is om ervoor te zorgen dat de plannen die gemaakt worden niet alleen haalbaar en werkbaar, maar ook duurzaam zijn.
Twee belangrijke projecten werden tijdens de workshop belicht:
- De ontwikkeling van een nationale roadmap voor gevaarlijk afvalbeheer, inclusief een demonstratieproject ondersteund door TAUW b.v.
- Een haalbaarheidsstudie voor een centrale opslagfaciliteit, uitgevoerd door ILACO N.V. en TAUW b.v., mede gericht op verbetering van de Ornamibo-stortplaats.
Tijdens de workshop werden de eerste resultaten van beide projecten gepresenteerd door de projectleiders, mevrouw Ilona van der Kroef (Team Leader TAUW) en mevrouw Shareen Koenjbiharie (Team Leader ILACO).
Zij benadrukten dat het ontbreken van een centrale opslagfaciliteit voor gevaarlijke stoffen aanzienlijke risico’s met zich meebrengt. Door het ontbreken van zo’n locatie kunnen gevaarlijke stoffen in het milieu terechtkomen, wat de kans op branden en andere incidenten vergroot. Dit vormt een reëel gevaar voor zowel het milieu als de volksgezondheid.
De consultants lichtten verder toe dat de nationale roadmap bedoeld is als een praktisch uitvoeringsplan voor het beheer van gevaarlijk afval. De nadruk ligt niet uitsluitend op nieuwe wet- en regelgeving, maar vooral op concrete en haalbare oplossingen. Er wordt gekeken naar afvalstromen die momenteel onvoldoende worden verwerkt en naar de stappen die in de komende tien jaar gezet kunnen worden om dit te verbeteren. Als voorbeeld werd medisch afval genoemd: momenteel zijn er nauwelijks geschikte verwerkingsopties en is de opslag ondermaats. Op korte termijn kunnen al verbeteringen worden doorgevoerd, terwijl op langere termijn gewerkt wordt aan duurzame verwerkingsmogelijkheden.
Wat betreft de haalbaarheidsstudie gaven de consultants aan dat één van de grootste uitdagingen het verzamelen van betrouwbare data is. Voor een goed ontwerp van een afvalfaciliteit is het essentieel te weten welke typen en hoeveelheden afval vrijkomen. Hoewel er al waardevolle informatie beschikbaar is, bestaan er nog aanzienlijke datalacunes.
Ook internationale best practices kwamen aan bod. Zo kan Suriname volgens de consultants profiteren van standaard operationele procedures, waaronder een nauwkeurige registratie van afval bij binnenkomst op de stortplaats — niet alleen in hoeveelheden, maar ook per type afval. Daarnaast is een betere inrichting van de stortplaats nodig, waarbij afvalstromen gescheiden worden opgeslagen en duidelijk gelabeld blijven, ook voor toekomstig gebruik.
Binnen de projecten zullen bovendien trainingen worden verzorgd om inspecteurs en betrokken instanties beter toe te rusten op toezicht en handhaving. Dit moet bijdragen aan een veiliger en meer verantwoord beheer van gevaarlijk afval in Suriname.
