“Slavernij is een misdaad tegen de menselijkheid waar Nederland een belangrijk aandeel in had. Op veel plekken in de wereld zijn de sporen van dit pijnlijke verleden nog altijd zichtbaar. In Afrika en Azië. Hier in de regio. In Guyana, in Brazilië. In de Caraïbische delen van het Koninkrijk. En hier, natuurlijk, in Suriname. Hier in Suriname, waar, met medewerking en instemming van Nederlandse bewindvoerders, honderdduizenden volwassenen en kinderen naartoe zijn gehaald. Tegen hun wil, en met extreem geweld. Waar zij onder mensonterende omstandigheden moesten werken op plantages in dichtbegroeide bossen en in zwampgebieden. En waar, voor degenen die zich hiervan wisten te bevrijden, de marrons, een uiterst onzeker leven wachtte vol ontberingen”, een passage van de toespraak van de Nederlandse vicepremier tevens minister van Buitenlandse Zaken Wopke Hoekstra op zaterdag 1 juli 2023.
De regeringsfunctionaris, die het Nederlandse kabinet bij de viering van 160 jaar afschaffing van de slavernij in Suriname vertegenwoordigt, heeft tijdens de kransleggingsceremonie bij het Kwakoe-monument de excuses van de Nederlandse staat en regering voor het slavernijverleden aangedikt. Vicepremier Hoekstra benadrukt dat ook de Inheemse bevolking in Suriname te lijden had onder het schrikbewind van het Koninkrijk der Nederlanden. “Het waren Inheemse vrouwen en mannen, die als eersten tot slavernij werden gedwongen en ook als eersten in verzet kwamen. Zij waren het die door kolonisten van hun land werden beroofd en met geweld werden verdreven. Zij waren het van wie als eerst de eigenwaarde en identiteit ontnomen werden.” De Nederlandse regeringsfunctionaris geeft aan dat na de afschaffing van de slavernij in Suriname tienduizenden mensen, vooral uit India, China en Java, hiernaar toe werden gebracht, vaak onder valse voorwendselen. “Zij werden onderworpen aan zware arbeid. Ook dit was het product van een hebzuchtig koloniaal bewind. Ook dit is een uiterst pijnlijke geschiedenis”, laat de vicepremier optekenen.
De regeringsfunctionaris zei er veel waarde aan te hechten dat hij bij de viering van 160 jaar Ketikoti op Surinaamse bodem een toespraak mag houden. Hij bedankte de Surinaamse regering voor de uitnodiging. De vicepremier heeft de woorden die minister-president Mark Rutte op 19 december 2022 uitsprak, luid en duidelijk laten weerklinken. Ook heeft hij de toespraak van de Nederlandse koning Willem-Alexander van begin tot eind geciteerd. De koning heeft op 1 juli in het Amsterdamse Oosterpark in een persoonlijk relaas excuses aangeboden voor de slavernij en het gebrek aan optreden van zijn voorouders tegen de wreedheden. De koning heeft vergeving gevraagd voor het overduidelijke gebrek aan handelen en geeft aan dat de excuses door hem in hart en ziel worden beleefd.
Koning Willem-Alexander heeft geaccentueerd dat na erkenning en excuses er samengewerkt zal worden een heling, verzoening en herstel. “Zodat we uiteindelijk allen trots kunnen zijn op alles wat we delen. Ten kon draai. Tijden zijn veranderd. Den keti koti, brada, sisa. De ketenen zijn verbroken. Den keti koti fu tru”, aldus de Nederlandse koning. Vicepremier Hoekstra onderstreept dat Nederland samen met Suriname vorm wil geven aan de weg na de excuses. “Want als er iets is dat we hebben geleerd, is het dat we elke stap daadwerkelijk samen moeten zetten. En dat we verder komen met zorgvuldigheid, dan met haast. Met dit in gedachten voert een speciale vertegenwoordiger uit Nederland gesprekken met maatschappelijke organisaties en de Surinaamse regering.” De regeringsfunctionaris merkt op dat er ook gesprekken gevoerd worden over de middelen die beschikbaar worden gesteld voor maatschappelijke initiatieven. Hij geeft aan dat zorgvuldigheid de leidraad moet zijn. “Wat vaststaat is dat het een weg samen moet zijn. Een weg waarin niemand zich buitengesloten voelt, en die we samen plaveien.”
President Chandrikapersad Santokhi heeft in zijn toespraak benadrukt dat de excuses een goed begin vormen voor de heling en ook kansen bieden voor de doorstart van de relatie tussen Suriname en Nederland. “Wij moeten deze excuses gebruiken als opstap om onze volkeren dichterbij elkaar te brengen. We moeten de excuses gebruiken om samen op te trekken en om economische ongelijkheid aan te vechten”, aldus het staatshoofd. De nationale reactie van Suriname op de excuses moet volgens hem nog komen. De president zegt dat er samen met de gehele Surinaamse bevolking gewerkt zal worden aan een breed gedragen antwoord. “We hebben geen keus, omdat de wonden van 300 jaar slavernij niet makkelijk weg te maken zijn. Bij de excuses wordt ook een bijzondere verantwoordelijkheid gelegd op de schouders van ons als Surinaamse nazaten van de tot slaaf gemaakten”, verduidelijkt de president. Hij verwoordt dat het Surinaamse volk ondanks uiteenlopende culturele belevingen in staat is om bij elkaar te komen en collectief te werken aan de eigen heling.