Minister Ines Pane heeft afgelopen week namens Suriname de eerste openbare regionale hoorzitting over de mensenrechten van ouderen in Washington bijgewoond. Deze hoorzitting was georganiseerd door de Inter-Amerikaanse Commissie voor Mensenrechten (IACHR). Voor de hoorzitting waren alle 11 landen uitgenodigd die de Inter-Amerikaanse Conventie ter Bescherming van de Rechten van Oudere Personen hebben geratificeerd. Dit is de eerste en voorlopige enige wettelijke Conventie die de rechten van ouderen heeft vastgelegd. De Conventie trad in januari 2017 in werking, maar kon slechts volledig worden uitgevoerd nadat 10 landen zich eraan hadden gecommitteerd. Suriname heeft in mei 2023 als elfde -en enige Caribisch- land de instrumenten tot toetreding bij de OAS gedeponeerd.In haar spreekbeurt ging Minister Ines Pane in op de situatie van de ouderen in Suriname. Door de economische crisis waarin het land verkeerde, was de regering genoodzaakt ondersteuning van het IMF in te roepen. De aanhoudende hoge inflatie en het afschaffen van subsidies op goederen en diensten heeft velen in de samenleving, waaronder ook de ouderen, tijdelijk in moeilijke financiële situatie doen belanden. Voor deze kwetsbare groep heeft de overheid een aantal maatregelen getroffen, waaronder het verhogen van de Algemene Oudedagsvoorziening en hen in aanmerking te doen toekomen voor de koopkrachtversterking.
Vanaf 1981 kent Suriname een wet Algemene Oudedagsvoorzieningsfonds, waarin geregeld is dat elke persoon vanaf zijn/haar 60e jaar recht op AOV heeft. Meer dan 90% van alle ouderen ontvangen dAOV. De AOV is de laatste jaren al vier keer verhoogd tot een totaal van 233%.
Vanaf augustus 2023 ontvangen de ouderen een uitkering om hun koopkracht te versterken. Deze koopkrachtversterking wordt aan alle geregistreerde AOV-ers uitgekeerd. Hiernaast heeft elke senior burger, die financieel niet uitkomt en die voldoet aan de vastgestelde criteria, vanaf eind 2023 de mogelijkheid om zich te registreren voor een additionele uitkering als zwak huishouden. Verder voorziet de overheid in een gratis basiszorg verzekering voor de ouderen die geen ziektekostenverzekering hebben. Tehuizen die ouderen opvangen, worden deels ook gesubsidieerd door het ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting. Gelukkig zijn niet alle ouderen financieel behoeftig; een aantal onder hen krijgen naast de uitkeringen, ook hun opgebouwde pensioen.
Echter, Suriname staat voor grote uitdagingen als het gaat om de seniore burgers die in het binnenland wonen. Vanwege een gebrekkige infrastructuur te land en de hoge financiële kosten voor water- en luchttransport, blijft de bereikbaarheid van deze groep een uitdaging. Hierdoor ontvangen zij hun financiële ondersteuning wel eens te laat.
De minister benadrukt verder in haar toespraak dat er wellicht in samenwerking met andere betrokkenen een Sociale Zorgautoriteit moet komen die zich volgens vaste structuren moet richten op de totale sociale zorg van ouderen. In deze moet er ook aandacht besteed worden aan aangepaste huisvesting, aangepaste publieke gebouwen en het aanbieden van medische zorg. Het gaat om de sociale zorg en de liefde die wij moeten geven aan onze seniore burgers. De minister hoopt dat zij erin zal slagen om ook haar bijdrage hieraan te leveren.