Het ministerie van Arbeid, Werkgelegenheid & Jeugdzaken (AWJ) heeft de bevindingen van een uitgevoerd onderzoek naar suïcidaal gedrag van jongeren tussen 16 en 25 jaar in Suriname, op vrijdag 9 september 2022 gepresenteerd aan de samenleving. Dit gebeurde in Courtyard by Marriott. Het ministerie vindt de resultaten van het onderzoek verontrustend, want het blijkt dat van de 2551 jongeren die hebben deelgenomen aan het onderzoek, meer dan driekwart van hen de afgelopen maanden depressief en neerslachtig was. Het gevoel van hulpeloosheid was in vele gevallen zo heftig dat 36.2 % van de jongeren die hebben deelgenomen aan dit onderzoek weleens hebben gedacht om een einde te maken aan hun leven.
Van de jongeren die aan zelfdoding hebben gedacht, heeft 62% daadwerkelijk een plan bedacht om zelfmoord uit te voeren. Voor 49% van de jongeren is het bij een gedachte gebleven. De meest voorkomende problemen onder de jongeren zijn: stress en depressie, school en studieproblemen, onzekerheid over hun uiterlijk, eenzaamheid en problemen binnen het gezin. Het is volgens het onderzoek nog triester gesteld met het psychische welzijn van de 362 jongeren die zich in het onderzoek hebben geïdentificeerd met de LGBTQ-gemeenschap. Van deze jongeren heeft 86% aangegeven problemen te hebben met hun zelfbeeld, omdat ze gediscrimineerd en/of niet worden geaccepteerd door hun omgeving. Meer dan de helft van deze jongeren heeft ooit een zelfmoordgedachte ontwikkeld.
De problemen onder jongeren mogen niet worden onderschat door hun omgeving, want die leiden tot hopeloosheid, ondragelijke emotionele pijn en uiteindelijk zelfdoding.
Het Ministerie is zich van bewust dat suïcide onder jongeren in Suriname een zorgwekkende trend vertoont, maar had niet gedacht, evenmin gehoopt dat de onderzoekscijfers een bevestiging zouden zijn van de tendensen die al enige tijd worden waargenomen in onze samenleving. Het ministerie ziet deze cijfers als alarmerend, die nopen tot snelle reactie en actie vanuit de overheid en het maatschappelijk middenveld om te voorkomen dat nog meer jongeren onnodig een einde maken aan hun leven. Preventie is volgens het onderzoek dringend vereist. Aangezien bij suïcidepogingen een proces voorafgaat, met verschillende stadia, zal de preventie zich direct moeten richten op de mensen die verkeren in die verschillende stadia ter voorkoming dat ze opschuiven naar een volgend stadium. Tegen deze achtergrond heeft minister Steven Mac Andrew, die verantwoordelijk is voor het jeugdbeleid, bij de presentatie van de onderzoeksresultaten een pleidooi gehouden voor een integrale aanpak van preventie door ministeries, stakeholders en NGO’s. Hij heeft alle vertrouwen in dat door een gezamenlijke aanpak kan worden voorkomen dat personen, in het bijzonder jongeren, zinloos een einde maken aan hun leven. Ook de directeur van Jeugdzaken, Genti Mangroe, riep op om de handen in elkaar te slaan en te werken aan een positief zelfbeeld bij jongeren ter voorkoming dat zelfmoordneigingen de overhand nemen bij hen.
Het onderzoek is in opdracht van het ministerie uitgevoerd door de deskundigen, Graciëlla Hunte en Fariël Ishaak. Mevrouw Hunte was belast met de desk review, online survey en het ontwikkelen van een actieplan, terwijl mevrouw Ishaak de opdracht had om de sociaal maatschappelijke- en psycho-sociale dienstverleners in Suriname in kaart te brengen. Met de bevindingen van dit onderzoek heeft het ministerie inzicht gekregen in het probleem, waardoor nu gerichte acties ondernomen kunnen worden naar jongeren toe met suïcidaal gedrag. Ook kan het ministerie zich meteen in samenspraak met alle stakeholders gaan richten op preventie om het aantal suïcides en pogingen tot suïcides onder jongeren te verminderen of zelfs te voorkomen. Er zal nu worden gewerkt aan een effectief plan van aanpak in de preventie van suïcide onder jongeren.
Paramaribo, 12 september 2022
Communicatie Unit
Ministerie van Arbeid Werkgelegenheid & Jeugdzaken
Minister Steven Mac Andrew en zijn directie in een onderhoud met de delegatie van ILO Decent Work Team and Office fort he Caribbean onder leiding van de director de heer dr. Dennis Zulu.